Kamperen kan je leren

Ervaring

Kamperen: je moet er maar van houden. Om de illusie meteen maar even te doorbreken: ik haat het. Ik heb het vroeger wel eens gedaan met school. Via biologie gingen we een weekendje weg. Op de fiets. Tenten mee, rugzakken mee, en gaan met die banaan. Samen met een vriendinnetje probeerde we onze tent op te zetten (weinig succes), te genieten van de natuurwandeling naar de wc (nog minder succes) en de regen die elke nacht viel waardoor we standaard klamme kleding hadden te negeren (nóg minder succes.) Het was een eenmalig avontuur wat ik niet van plan ben ooit nog te herhalen. Nee, ik betaal liever iets meer voor een ho(s)telletje waar ik geen schoenen aan hoef te doen om bij de WC te komen.

Eerste keer

Echter, kindlief is onderhand in een leeftijd dat zijn school dit soort tripjes ook aanbiedt. En raad eens? Meneer wil mee. Er zijn trouwens ook wat ouders welkom als begeleiding, maar ik heb meteen duidelijk gemaakt dat ik er niet over peins. Gelukkig werd dat ook niet verwacht. Hij wil zelf, zonder ouders. Ik schat zijn kansen voor een succesvolle ervaring wat hoger in dan die ik zojuist omschreef. Hij hoeft niet elk uur te plassen, vindt vieze kleding duidelijk geen probleem (anders liep hij niet 5 dagen in hetzelfde shirt)  en het weerbericht voor volgende maand is mild. We gaan het dus gewoon doen! Hebben wij ook eens een weekendje rust. Dat vind ik helemaal geen slecht idee.

Winkel

Afgelopen weekend dus maar naar de winkel geweest om het een en ander voor hem aan te schaffen. De opgooitentjes zijn beter dan ooit, dus daar maar een exemplaar van meegenomen. Scheelt hem in ieder geval het proces van de tent op moeten zetten na een dag reizen en excursies. Daarnaast hebben we een goede dichte slaapzak gescoord, en een fijne rugtas die hij overdag mee kan nemen. Na lang soebatten gelukkig ook een thermoskan. Als ik me nog iets kan herinneren van het niet bepaald geweldige kampeertripje toen ik kind was, was hoe gelukkig ik was met mijn thermoskan die mijn moeder voor me had ingepakt. Er stond in een gezamelijke ruimte van de camping een waterkoker, waardoor ik dagelijks voorzien was van thee. Dat was echt een pleister op mijn koude, verzopen wondjes. We hebben hem alleen gekocht omdat hij van het gezeur af wilde zijn, waarschijnlijk ‘vergeet’  hij hem mee te nemen. Ach, dan neem ik hem wel mee naar mijn werk. Scheelt me weer een wandelingetje naar de koffie-automaat. En ik hoop dat hij dusdanig natregent dat hij hem nog zal missen ook. Had hij maar naar zijn moeder moeten luisteren.

spot_img